Hoe vindt de berekening en uitbetaling van de LIV plaats?

UWV berekent op basis van de loonaangiften over het voorgaande kalenderjaar voor welke werknemers de werkgever recht heeft op het LIV. De werkgever ontvangt een voorlopige berekening. De Belastingdienst vergelijkt de gegevens van de aangifte met die van UWV. Als de gegevens in de aangifte niet kloppen, dan ontvangt de werkgever de tegemoetkoming gedeeltelijk of helemaal niet.
Als een intermediair de loonaangifte voor de werkgever verzorgt, moet de werkgever aan hem zo snel mogelijk een kopie van de voorlopige berekening en de bijlage sturen. De intermediair kan de voorlopige berekening ook controleren en eventueel een correctie bij de Belastingdienst indienen. Klopt de voorlopige berekening niet, dan moeten de correctie uiterlijk op 1 mei van het kalenderjaar doorgegeven worden aan de Belastingdienst. Correcties die de Belastingdienst na 1 mei ontvangt, blijven buiten de definitieve berekening van het LIV.
De Belastingdienst stuurt uiterlijk 31 juli van het jaar de definitieve berekening van de hoogte van het LIV. Deze wordt binnen 6 weken na de datum van de definitieve berekening door de Belastingdienst aan u betaald.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 255 vragen en antwoorden over Loonheffingen.