Wanneer is de RVU-boete te vermijden?

In het pensioenakkoord dat in 2020 is gesloten is opgenomen dat werkgevers tijdelijk (van 2021 tot en met 2025) niet meer te maken krijgen met deze extra heffing als zij een vroegpensioenregeling voor hun bedrijf of sector maken. Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
  • De uitkering duurt maximaal 36 maanden, de 36 maanden voorafgaand aan de AOW-leeftijd van de werknemer in kwestie. De uitkering duurt korter dan 36 maanden als je werknemer later stopt met werken.
  • De werkgever moet het bedrag van de drempelvrijstelling per maand berekenen. Het bedrag is op zijn hoogst het nettobedrag van een AOW-uitkering maal het aantal maanden tot de AOW-leeftijd.
  • De tijdelijke regeling loopt tot 31 december 2025. Uiterlijk dan moet de werknemer de leeftijd bereikt hebben die maximaal 36 maanden voor zijn AOW-leeftijd ligt.
Als er niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, moet de werkgever alsnog een RVU-heffing van 52% betalen. Deze betaalt dat percentage dan over het bedrag boven de drempelvrijstelling. 

Het RVU-vrijstellingsbedrag is op zijn hoogst het nettobedrag van een AOW-uitkering voor alleenstaanden.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 143 vragen en antwoorden over Ontslagvergoedingen.