Wanneer heeft een payrollwerknemer recht op pensioen?

Sinds 1 januari 2021 kunnen payrollwerknemers recht hebben op een 'adequate pensioenregeling'. Een payrollwerknemer heeft sinds 1 januari 2020 het recht op dezelfde arbeidsvoorwaarden als werknemers die in dienst zijn bij de inlener en die een gelijke of gelijkwaardige functie uitoefenen (of als die werknemers ontbreken: de werknemers in gelijke of gelijkwaardige functies in de sector van de inlener). Eén arbeidsvoorwaarde werd uitgezonderd van deze regel, namelijk het pensioen. 
Een payrollwerknemer heeft niet per definitie het recht op een adequate pensioenregeling. Het recht geldt als gelijke of gelijkwaardige werknemers van de inlener (of in de sector van de inlener) recht hebben op een pensioenregeling. Als de payrollwerknemer deelneemt aan dezelfde pensioenregeling als deze werknemers, wordt zijn pensioen in ieder geval als adequaat bestempeld. Heeft de payrollwerknemer een andere basispensioenregeling, dan is de regeling volgens artikel 1a:1 van het Besluit allocatie arbeidskrachten door intermediairs adequaat als deze:
  1. ten minste in een ouderdoms- en nabestaandenpensioen voorziet;
  2. geen wachttijd of drempelperiode voor de start van de pensioenopbouw bevat (vanaf de eerste werkdag bouwt de werknemer pensioen op); en
  3. zorgt voor een totale werkgeverspremie van ten minste 14,5% van de som van de pensioengrondslag van de payrollkrachten van het payrollbureau die op basis van de wet recht hebben op een pensioenregeling.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 299 vragen en antwoorden over Arbeidsovereenkomsten.