Hoe verloopt een oppositieprocedure tegen een merkaanvraag?

Opposities worden ingediend bij en behandeld door de officiële merkenautoriteiten, zoals het Benelux Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BBIE) of het European Office for Harmonisation in the Internal Market (OHIM). Zij beoordelen of de merkaanvraag op verwarrende wijze overeenstemt met een ouder merk, of soms met een oudere handelsnaam. In de Benelux kan alleen oppositie worden ingediend op basis van een geregistreerd merk, of een ongeregistreerd algemeen bekend merk. In de EU kan, naast een merk, ook een handelsnaam van meer dan plaatselijke betekenis als basis dienen voor een oppositie. De procedure betreft uitsluitend de merkregistratie, en niet het gebruik van het merk. Daarover kan alleen de rechter beslissen.
De opposities worden alleen in behandeling genomen als het verzoek binnen de termijn en op de juiste wijze is ingediend, de taksen zijn betaald en er geldige rechten zijn ingeroepen. (In de Benelux zijn de oppositietaksen €1000, waarvan 40% voor afloop van de oppositietermijn moet zijn betaald en de rest voor het einde van de cooling off periode. In de EU zijn de taksen €350. De opposant betaalt de oppositietaksen.) De merkenautoriteiten stellen de aanvrager van het geopponeerde merk direct op de hoogte van de oppositie en de beoordelen de ontvankelijkheid van de oppositie. Dit is de start van de cooling off-periode, de eerste termijn van twee maanden waarin de oppositie 'on hold' staat om partijen de mogelijkheid te geven er samen uit te komen. Partijen kunnen gezamenlijk verzoeken om die periode uit te stellen. Na het verstrijken van de cooling off periode heeft de opposant twee maanden de tijd om de oppositie nader te onderbouwen. Na ontvangst van de oppositiegronden heeft de deposant twee maanden om daarop te reageren.
Als één van de ingeroepen merken nog niet definitief is geregistreerd, dan wordt de procedure aangehouden totdat dat merk is ingeschreven.
Is het ingeroepen merk langer dan twee jaar geregistreerd, dan kan in het verweer worden gevraagd om gebruiksbewijzen. Kan de opposant niet aantonen dat het merk 'normaal' is gebruikt voor de waren en diensten, dan kan er (deels) geen beroep worden gedaan zijn rechten.
De merkenautoriteiten achten de oppositie wel of niet gegrond. Als de oppositie gegrond is heeft dat als gevolg dat de merkregistratie geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd. Vanwege alle termijnen, en zeker als gebruik een rol speelt, duurt het al snel een jaar voor de oppositiebeslissing wordt genomen. Het is mogelijk om in beroep te gaan tegen een oppositiebeslissing. In de Benelux moet dat bij de rechter. In de EU kan beroep worden ingesteld bij het OHIM.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 133 vragen en antwoorden over Merken en handelsnamen.