Waar moet de werkgever op letten bij het geven van ontslag op staande voet?

Uit jurisprudentie blijkt dat de werkgever telkens een goede afweging moet maken van een aantal zaken. Bij de beoordeling van de vraag of sprake is van een dringende reden die is vereist voor een ontslag op staande voet dienen de omstandigheden van het geval in aanmerking te worden genomen. Het gaat dan om omstandigheden als: de aard en de ernst van wat de werkgever als dringende reden aanmerkt, de aard van de dienstbetrekking, de duur ervan en de wijze waarop de werknemer de dienstbetrekking heeft vervuld, evenals de persoonlijke omstandigheden van de werknemer, zoals zijn leeftijd en de gevolgen die het ontslag op staande voet voor hem zouden hebben.
Als een werknemer ontslag op staande voet krijgt of neemt, moet dit, naast de mondelinge mededeling waarbij hoor en wederhoor van toepassing is, ook direct op schrift te worden gesteld, bij voorkeur in aanwezigheid van één of meer getuigen. Zowel de werkgever als de werknemer moeten het ontslagbesluit ondertekenen. Bij ontslag op staande voet spreekt de wet (het Burgerlijk Wetboek) over het 'onverwijld mededelen' (direct). Als de werknemer de ontslagbrief niet wil ondertekenen, dan dient deze direct na de aanzegging overhandig te worden of (aangetekend) te worden verstuurd.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 165 vragen en antwoorden over Particulier recherchebureau.