Kan een aannemer zijn retentierecht inroepen tegen een derde, net een later gevestigd hypotheekrecht?

Als uitgangspunt geldt dat een retentierecht voor een derde met jonger recht gaat. Maar in het geval van een onroerende zaak kan de aannemer zijn retentierecht slechts tegen derden tegenwerpen als voldaan is aan het kenbaarheidsvereiste. Vanwege de niet-kenbaarheid uit de openbare registers zal de aannemer op een ook voor een zodanige derde voldoende duidelijke wijze de feitelijke macht over de betrokken zaak moet uitoefenen. In de praktijk wordt het retentierecht kenbaar gemaakt doordat de aannemer op een gesloten hek een bord laat aanbrengen met een tekst dat hier een retentierecht wordt uitgeoefend. Het is niet mogelijk om feitelijke situaties, zoals het uitoefenen van een retentierecht, in de openbare registers in te schrijven. In de praktijk proberen aannemers het beroep op een retentierecht in te schrijven. Aan de akte hecht de aannemer dan foto’s van de hiervoor bedoelde hekken en het bord dat er een retentierecht wordt uitgeoefend. Het is nog onduidelijk of deze werkwijze wordt geaccepteerd.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 76 vragen en antwoorden over Vastgoed: Bouwen.