Wat zijn de rechten en plichten van degene die een recht van opstal heeft?

De bevoegdheden van de opstaller vloeien voort uit het feit dat deze juridisch eigenaar is van de opstallen. De opstaller mag als eigenaar de opstallen gebruiken, aanbrengen, onderhouden en verwijderen. Deze bevoegdheden kunnen echter zijn beperkt in de akte van vestiging. De opstaller heeft daarnaast gebruiks- en genotsbevoegdheden ten aanzien van de zaak waarop zijn opstalrecht rust. Indien hierover niets anders is geregeld in de akte van vestiging heeft de opstaller ten aanzien van de zaak waarop het opstalrecht rust, de bevoegdheden die voor het volle genot van zijn opstalrecht nodig zijn. Er dient daarbij wel een rechtstreeks verband te zijn met de bevoegdheden op het gebruik van het opstalrecht. Een voorbeeld is de bevoegdheid om over de grond waarop het opstalrecht rust van/naar de opstal te gaan.
Ook kan de opstaller een erfdienstbaarheid bedingen ten gunste danwel ten laste van de onroerende zaak waarop diens recht van erfpacht rust.
Ook kan de opstaller deze onroerende zaak, waarop diens opstalrecht rust (ten dele) in onderopstal geven, verhuren en verpachten, tenzij anders is geregeld in de akte van vestiging. In de akte van vestiging kan ook de verplichting zijn opgenomen voor de opstaller om aan de eigenaar van de onroerende zaak waarop het opstalrecht rust, al dan niet op regelmatige terugkerende tijdstippen, een geldsom – de retributie – te betalen.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 179 vragen en antwoorden over Vastgoed: Koop & Eigendom.